Een burn-out maakte een einde aan zijn carrière in de commerciële wereld. Op 13 februari 2019 begon het nieuwe leven van Arjan van Driesten als leerling bij Philadelphia. Sinds een half jaar is hij coördinerend begeleider van team Den 7 in Vierhouten en hij is nog lang niet uitgegroeid. ‘In de periode dat ik alleen maar met geld verdienen bezig was, vergat ik mezelf als persoon. Ik zie nu hoe belangrijk het is dat je jezelf meeneemt.’
Waarom heb je gekozen voor dit vak?
‘Ik kom uit het bank- en verzekeringswezen en heb een periode in een burn-out gezeten. Als hobby geef ik voetbaltraining aan kinderen. Een vriend van mij die in de zorg werkt, zag mij bezig en vond dat een baan in de zorg bij mij zou passen. Hij zag dat ik snel een band opbouw met kinderen die het moeilijker hebben, degenen met een handleiding. Ik heb een luisterend oor en geef ze de ruimte. Zij voelen zich direct vertrouwd bij mij en daardoor escaleren situaties nooit. Ik heb zijn suggestie niet direct opgepakt, totdat ik toevallig iemand tegenkwam die bij Philadelphia werkte. Ook hij vond dat dat werk echt iets voor mij zou zijn.
Ik ben begonnen als leerling bij de Es 1 in Vierhouten. Dat is nu vijf jaar geleden, maar ik had het tien jaar eerder moeten doen! Het is dankbaar werk. In de periode dat ik alleen maar met geld verdienen bezig was, vergat ik mezelf als persoon. Ik zie nu hoe belangrijk het is dat je jezelf meeneemt.’
Wat maakt werken in de gehandicaptenzorg zo leuk?
‘Elke dag is anders. Wat niet wil zeggen dat elke dag leuk is. Soms ga ik me een lach naar huis en soms met een traan, maar ik ga elke dag met plezier naar mijn werk. Ik werk met vier jongens met een lichte verstandelijke beperking en moeilijk verstaanbaar gedrag. Dat is geen gemakkelijke doelgroep. Je krijgt te maken met agressie, zowel verbaal als non-verbaal. Vaak wordt agressie als iets negatiefs gezien, maar je kunt het ook anders bekijken. Het kan een uitlaadklep zijn om spanning te ontladen. Binnen ons vakgebied zien we omgaan met agressie als ondersteunen bij het ontladen van die spanning. In die vijf jaar dat ik hier nu werk, heb ik één keer een tikje gekregen. En dat was nog per ongeluk ook. We moeten het ook niet groter maken dan het is.’
Welke uitdagingen kom je tegen in je werk?
‘Ik werk met een jong en dynamisch groepje en de uitdaging is om rust in de hoofden te krijgen. En dat meerdere keren per dag. En verder de ontwikkeling. Alle vier de jongens willen doorstromen naar zelfstandig wonen, met ambulante zorg. Dat is hun grote droom. Ze komen uit verschillende delen van het land en ze willen uiteindelijk graag terug om in de buurt van hun verwanten te wonen. Voor die ontwikkeling hebben we heel veel aandacht.’
Waar haal jij voldoening uit?
‘Ik sta bekend om mijn humor. En die kan nogal grof zijn, dus ik durf er geen voorbeeld van te geven. Een van onze bewoners heeft een slechte band met zijn zus. Dat maakt hem verdrietig en dat uit zich in agressie. Als ik dan een simpel grapje maak met veel sarcasme dan brengt dat rust.
Die vier bewoners, daar doe ik alles voor. Als er één morgen naar het zuiden van Limburg moet dan regel ik dat. Ik zorg voor rust op de locatie van binnenkomst tot overdracht. Daar ben je continu mee bezig. We vragen ook veel van ze, want je wilt doorontwikkelen. We koken elke dag voor onszelf en de bewoners en betrekken hen er ook bij. Aardappels schillen en hoe lang moeten die dan koken, alles om ze maar zelfstandiger te maken. Van die soms kleine stappen geniet ik.’
Hoe kijk jij naar de toekomst?
‘Ik ben nu een klein half jaar coördinerend begeleider. In de komende drie jaar wil ik me ontwikkelen tot een stabiele cb’er met het ECD ingericht volgens onze methodiek het Huis op Orde. Tegelijkertijd rond ik mijn hbo-opleiding social work af. Daarna wil ik een opleiding gaan volgen om manager te worden.
Voor het team en de bewoners wil ik graag dat het stabiel is. De sfeer moet goed blijven, zodat de collega’s ook blijven. Dat is goed voor de bewoners. We gaan de dromen van de jongens waarmaken: zelfstandig wonen in de buurt van hun verwanten.’